Reageer op deze site! |
Marokko in WO II
|
26 Noord-Afrikaanse en Syrische geallieerden in Nederland Twintig lichamen van Noord-Afrikaanse militairen aangespoeld in resp. Schiermonnikoog, Ameland, Vlieland, Texel, Den Helder, Harlingen, Callantsoog, Castricum, Heemskerk, Velsen, Zandvoort, Wassenaar, Brielle, Scharendijke, Vlissingen (juni-september 1940). Een krijgsgevangene verdronken bij Willemstad-Gorkum (mei 1940), een andere gestorven in Amersfoort (oktober 1943). Drie gewonde militairen overleden in Maastricht (juni-september 1940), en 1 Syriër gesneuveld bij Assen (april 1945). |
NAAM Klik op foto om te vergroten | BIJZONDERHEDEN |
Hassan ben ABDALLAH - M |
Geb: 1915 in Zèrral bij Marrakech. Militair 7de Régiment des Tirailleurs Marocains (RTM), soldaat 2e kl.. Verdronken bij Duinkerken 01-06-1940. Lichaam aangespoeld op 25-07-1940 op het eiland Vlieland. Op 29 juli 1949 van de Algemene Begraafplaats aldaar overgebracht naar Kapelle (H-3-4). Naam niet op monument. Nadere informatie (2020) van geboorteplaats en militaire rang: Ogs; geboortejaar, militaire eenheid, datum van overlijden en berging: FranceGenWeb, Droog. |
Mohamed Ahmed ben ABDEL KADER - M |
Geb: 1904 in Marokko, indertijd wonende te Saint Dic (F). Korporaal-sergeant 2e kl. 3de RTM, nr. 6851. Lichaam aangespoeld op 28-07-1940 op het eiland Ameland (Ballum). Op 16-08-1949 van de Algemene Begraafplaats aldaar overgebracht naar Kapelle (H-2-3). Naam op monument als Ahmed Ben Abdelkader (8). Nadere informatie van Jurjen de Boer (aug. 2006). Zie Strijders, onderdrukkers, bevrijders; Fryslân in de oorlog. J. Kooistra, 2005 |
Mohamed ben ABDESSELEM - M? |
Geb: 1915 in Algerije, Douar Jaouna. Militair RTM. SSRI Maroc P. 2680. Lichaam aangespoeld bij Wassenaar op 30-07-1940. Op 10-08-1949 van Begraafplaats 'Het Lange Duin' overgebracht naar Kapelle (A-1-2). Naam op monument als Mohamed Abdesselen (17). Tegelijkertijd spoelde het lichaam aan van sergeant Jean Paul Hauttecoeur. Met paard en wagen van schelpenvisser Kortekaas werden de twee lichamen overgebracht naar het politiebureau van Wassenaar en op 1 aug. 1940 ter aarde besteld op de oorlogsbegraafplaats Het Lange Duin aan de Schouwweg (vgl. Salch ben Ski, oorlogsbegraafplaats Schiermonnikoog). Een Duitse geestelijke sprak enkele gebeden uit en een officier plaatste een krans met de Franse kleuren. Een groep Duitse soldaten gaf tot slot drie salvo's af over de open graven Bron: Wassenaar in Tweede Wereldoorlog 1995, p. 539). Op beide graven stond een houten kruis met de woorden 'ici repose' ('hier rust') en de naam met het legeronderdeel. De begraafplaats heeft van 1940 tot 1982 bestaan. Bijzonderheden Wassenaar: Kees Neisingh (maart 2006); foto: J. Krom (via K.N.). Nadere informatie geboortedatum en -plaats: FranceGenWeb, Droog; militaire eenheid: Ogs. |
Messaoud ben AHMED - M |
Geb: Marokko. 1e RTM, sold.2e kl.. Lichaam aangespoeld op 29-07-1940 bij Den Helder. Op 7 juli 1949 van de Militaire Begraafplaats Huisduinen overgebracht naar Kapelle (A-1-1). Naam niet op monument. Nadere informatie militaire eenheid Ogs; datum berging: FranceGenWeb, Droog. |
Mohamed ben ALI AHMED - M |
Geb: ? Sergeant RTM. Lichaam aangespoeld op 29-07-1940 bij Heemskerk. Vóór mei 1950 van het Protestants Kerkhof aldaar overgebracht naar Kapelle (H-1-2). Naam op monument als Mohamed Ben Ahmed (15). Nadere informatie militaire eenheid: Osg. |
Dilmi AINCUR - A |
Geb: 20-06-1907 in Algerije, Algiers (Douar Bouhallouan Cme Mixte de Brazza Alger). 13de RTA (Régiment Tirailleurs Algériens), sold. 2e kl. Overleden: 04-06-1940 in Maastricht. Op 23 augustus 1949 van de Algemene Begraafplaats aldaar overgebracht naar Kapelle (A-2-2). Naam op monument als Dilmi Aimour (5). Vermoedelijk krijgsgevangen gemaakt in de slag bij Gembloux. Nadere informatie geboorteplaats: FranceGenWeb, Droog; militaire eenheid: Droog, Osg. |
Ahmed ben BELKACEM - M |
Geb: 1904 in Marokko, Douar Tabida. 2e RTM (op grafmonument 263 RTM). Lichaam aangespoeld op 28-07-1940 op het eiland Ameland. Vóór mei 1950 van het Rooms-Katholiek Kerkhof in Nes overgebracht naar Kapelle (H-2-2). Naam op monument als Ahmed Ben Abdelkacem (9). Nadere informatie geboorteplaats: FranceGenWeb; geboortejaar en militaire eenheid: Ogs, Droog. |
Spaki Jam BLAIDE - M/F |
Geb: ? Marokkaan/Fransman. Cavalerist bij de 80e GRDI (Groupe de Reconnaissance de Division d'Infanterie), nr. 80 S4 H7, een Frans-Marokkaanse verkenningsgroep. Opgeleid in Rabat et Saintes (F.), vooral binnen het 3e Reg. Spahis Marocains. Verbonden aan de 1e Div. Infanterie Marocaine en in 1939-1940 aan de 237e Div. Legière Infanterie (DLI). Deze was actief bij Gembloux. Zijn lichaam spoelde op 31-07-1940 te Harlingen aan (of werd hier aan wal gebracht). Graf F-38 in Kapelle. Informatie: FranceGenWeb, Droog. 'Spaki' is mogelijk 'Spahi'. |
El Achir ben BOUALI - M |
Geb: ? 7de RTM, sold. 2e kl.. Verdronken op 22-05-1940 tijdens schipbreuk. Lichaam aangespoeld op 27-07-1940 bij Zandvoort. Op 09 september 1949 van de Algemene Begraafplaats aldaar overgebracht naar Kapelle (G-1-12). Naam niet op monument. Nadere informatie datums: FranceGenWeb, Droog; militaire rang: Ogs. |
Larbi ben BOUASSA - M? |
Geb: 1908 in Marokko, Safi, of in Algerije, Douar Aouillet. Militair 3e Bataljon. 7e RI of 7e RTM, sold. 2e kl.. Lichaam aangespoeld op 21-08-1940 bij Brielle. Vóór mei 1950 van de Algemene Begraafplaats aldaar overgebracht naar Kapelle (A-1-3). Naam op monument als Larbi Ben Benazza (16). Nadere informatie jaar en plaats geboorte: Ogs, FranceGenWeb, Droog; mil. eenheid: Ogs, Droog; mil. rang: Ogs. |
Mohamed ben BRAHIM - M |
Geb: 1901 in Marokko. 7de RTM C.3564, sold. 2e kl.. Lichaam aangespoeld op 27-07-1940 bij Harlingen. Vóór mei 1950 van de Algemene Begraafplaats Harlingen overgebracht naar Kapelle (H-1-1). Naam op het monument (14). Nadere informatie vindplaats: Droog, FranceGenWeb; militaire rang: Ogs. |
Abouad ben CHERKI - M |
Geb: 1907 in Marokko, Douar Cherkaoua fon Zarmat. 7de RTM. Lichaam aangespoeld op 28-07-1940 op het eiland Ameland. Vóór mei 1950 van de Algemene Begraafplaats Hollum overgebracht naar Kapelle (H-2-1). Naam op monument als Ahmed Ben Aberki (10). Nadere informatie jaar en plaats geboorte: Ogs, FranceGenWeb, Droog. |
Mohamed ben DAHAN - M? |
Geb: ? 7de RTM. Zijn lichaam is aangespoeld op 02-08-1940 op het eiland Ameland. Vóór mei 1950 van de Algemene Begraafplaats Hollum overgebracht naar Kapelle (H-3-1). Naam op monument als Mahomed Ben Dohan (11). |
Moktar ben DJILLATI - M |
Geb: ? Sergeant 1e RTM. P63-1935 (6-3-1935?). Lichaam aangespoeld eind juli 1940* op het eiland Texel (kilometerpaal 24). Vóór mei 1950 van de Algemene Begraafplaats Den Burg overgebracht naar Kapelle (H-3-2). Naam op monument met toevoeging St (sergeant) (6). *Andere data berging: 20 juli (FranceGenWeb, Droog) en 25 juli (Ogs). |
Haddadi HAMOU - A |
Geb: 1915 in Donar Drameta, Berrigotville (Constantine, Algerije). Militair 11de RTA. Als krijgsgevangene (P.G.) op 01-10-1943 in Amersfoort aan ziekte overleden en begraven op het militaire deel van de Algemene Begraafplaats 'Rusthof' te Oud-Leusden. Op 5 mei 1949 overgebracht naar Kapelle (H-1-3): 2de islamitische vak, rij 1. Naam op monument als Hadadi Hamon. Andere geboorteplaats en -datum bij FranceGenWeb en Droog: 7-9-1912 in Dahamchia, Algerije. |
Asem IBRAHIM - S Foto: tracesofwar.nl Foto: asseninbeeld.nl (klik voor vergroting) |
Geb: 07-01-1924 in Damascus, Syrië. Soldaat 1e klasse (006721), 3e Régiment Chasseurs Parachutistes (3/RCP), onderdeel van de Engelse Special Air Service (SAS), 1st Squadron, Stick 3. In september 1942 trad hij in Somaliër toe tot het Vrije Franse Leger (FFL), in juni 1943 in Engeland tot de SAS. Gesneuveld op 09-04-1945 bij Assen, in het kader van de operatie Amherst. De 33 gesneuvelden van het 2e en 3e RCP worden te Assen herdacht met een monument voor de Franse Paratroepers (1985) en kregen in 1951 postuum het Nederlandse Bronzen Kruis: Hij heeft zich door moedig en beleidvol optreden tegenover de vijand onderscheiden door, na in de nacht van 7 op 8 April 1945 per valscherm in Drenthe achter de vijandelijke linies te zijn geland, op onverschrokken wijze deel te nemen aan de daaropvolgende gevechten waarbij hij sneuvelde. Door dit optreden mede te werken aan de bevrijding van Nederland en daardoor de belangen van de Nederlandse Staat te dienen. Een gedenkplaat voor Asem en 5 collega's is aangebracht op een schuur in Huis ter Heide bij Assen. Op vermoedelijk 19-07-1949 zijn de stoffelijke resten van de Zuider Algemene Begraafplaats Assen overgebracht naar Kapelle (A-3-1). Naam op monument als Azem Ibrahim (13). Voor meer informatie zie bijlage. |
Ben Allal ben KESSOU - M |
Geb*: 1920 in Zimour Caid*. Kanonnier 64e Régiment d'Artillerie Afrique (RAA), Haadou 48.1939 [4-8-1939?]. T.2 1625. Op 18-09-1940 in Maastricht overleden aan een tijdens diensttijd opgelopen ziekte. Vermoedelijk krijgsgevangen gemaakt bij Gembloux (B). Op 23 augustus 1949 van de Algemene Begraafplaats aldaar overgebracht naar Kapelle (A-2-3). Deze naam staat op het grafteken. Op het monument in Kapelle staat abusievelijk: Abdel Kassan (4). *Andere naam: Ben Koussou ben Allal (Droog); *Andere geboorteplaatsen: Cercle de Kenisset Annexe de Tedders (FranceGenWeb) en Didesse (Ogs). |
Ahmed ben KORCHI - M |
Geb: ? 'Sapeur' (geniesoldaat) 31ste Frans-Marokkaans Geniebataljon, sold. 2e kl.. Lichaam op 29-07-1940* aangespoeld bij Scharendijke (Schouwen-Duiveland). Na de oorlog met vele Britse gesneuvelden van de Militaire Begraafplaats Haamstede vervoerd naar het British War Cemetery in Bergen op Zoom. Van daar vóór mei 1950 overgebracht naar Kapelle (A-3-3). Naam op monument als Ahmed Ben Karchi Ben Ahmed (18). Nadere informatie mil. eenheid: FranceGenWeb, Droog, Ogs; bergingsdatum: FranceGenweb, Droog. *Datum volgens Ogs: 27-9-1940: lijkt een verschrijving. |
Ahmed ben LASKI - M |
Geb: ? Marokko. Sold. 2e kl.. Lichaam aangespoeld op 23-07-1940 in het Eierlandse Gat op het eiland Texel. Vóór mei 1950 van de Algemene Begraafplaats Den Burg overgebracht naar Kapelle (H-3-3). Naam op monument (7). Nadere informatie geboorteland: FranceGenWeb, Droog; mil. rang: Ogs. |
Abdel MALEK - M |
Geb: ? Marokko. Gerekruteerd in 1938 (S853). Lichaam aangespoeld op 12-08-1940 bij Vlissingen. Vóór mei 1950 van de Noorderbegraafplaats aldaar overgebracht naar Kapelle (A-3-2). Naam op monument als Ab del Malek (1). Nadere informatie geboorteland en militaire loopbaan: FranceGenWeb. |
Brahamin ben MOHAMED - M? |
Geb: ? Lichaam aangespoeld op 31-07-1940 bij Castricum, samen met René Verron. Aldaar voorlopig in de duinreep begraven. Verron werd op 5 november 1940 begraven op de Algemene Begraafplaats Castricum. Brahamin niet. Lichaam vermoedelijk in zee verdwenen. Niet in Kapelle. Naam op monument (3). Nadere informatie: deze persoon ontbreekt bij Droog. |
Husein MOHAMED - M |
Geb: ? Marokko. Militair RTM, sold. 12837 (12-8-1937?). Overleden op 15-06-1940 in Maastricht. Vermoedelijk krijgsgevangen gemaakt bij Gembloux. Vóór mei 1950 van de Algemene Begraafplaats aldaar overgebracht naar Kapelle (A-2-1). Naam op monument (19). Nadere informatie geboorteland en militaire loopbaan: FranceGenWeb; mil. eenheid: Ogs. |
Salch Ben SKI - M foto: Piet Huisman, gemeente Schiermonnikoog |
Geb: ? STR Maroc. Lichaam aangespoeld op 28-08-1940 op het eiland Schiermonnikoog en aldaar begraven op het Oorlogskerkhof Vredenhof (zie ad 4 onderaan de Toelichting bij 26 namen). Niet in Kapelle. Naam op het monument in Kapelle als Salch Siki (12). Nadere informatie: niet op FranceGenWeb, niet bij Ogs. |
WEDDIDEN - M/F foto: ing. Piet Stroo, gemeente Kapelle |
Geb: ? Marokko/Frankrijk. Militair 11e Régiment Étranger d'Infanterie (REI). FA 7e Cie. Vermoedelijk krijgsgevangen gemaakt tijdens de gevechten in de sector Sedan (F.) en verdronken tijdens het transport van rond 1200 krijgsgevangenen met het schip Rhenus 127. Het was van Walsoorden in Zeeuws-Vlaanderen onderweg naar Duitsland. Op 30 mei 1940 rond 19.20 uur liep het bij Willemstad op een Duitse magnetische mijn. De meeste opvarenden wisten zich te redden, sommigen vluchtten, 167 opvarenden zouden volgens de Duitse opgave zijn gestorven. 134 militairen werden in Willemstad geborgen en begraven op het erekerkhof bij de haven. Daar is jaarlijks een herdenking op 2e Pinksterdag. Het lichaam van Weddiden spoelde aan bij Gorkum, waar het op 20-06-1940 werd begraven. Vóór mei 1950 van de Algemene Begraafplaats aldaar overgebracht naar Kapelle (C-3-7). Naam op monument bij de Franse groep, als Waddiden. Nadere informatie militaire loopbaan: FranceGenWeb, Legionétrangère.fr; Rhenus 127: Facebook Stichting 18 september (30 mei 2018). |
Niet geïdentificeerd M |
Marokko. Lichaam aangespoeld op 23-09-1940 bij Callantsoog. Graf D-3 2. Informatie: FranceGenWeb, Droog. |
Niet geïdentificeerd F/M |
Frankrijk/Marokko. Lichaam aangespoeld op 30-07-1940 in Velsen. Graf F-3-5. Informatie: FranceGenWeb, Droog. |
- Foto's graven tenzij anders vermeld: Pim Ligtvoet - Bronnen mei 2020: Droog Magazine 2018 (https://www.droog-mag.nl/1940/index.html) [Droog] - Franse gegevens begraafplaats Kapelle (FranceGenWeb); Relevé nr. 46956, webpagina http://www.memorialgenweb.org/memorial3/html/fr/resultcommune.php?act=view&insee=09135&pays=Pays-Bas&dpt=9135&idsource=46956&table=bp&lettre=&fusxx=&debut=0 - Oorlogsgravenstichting (www.ogs.nl) [Ogs]. |
Marokkaanse soldaten in Vlissingen (foto: NIOD / Albert Meerholtz) |
Impressie herdenking Kapelle |
Foto's: Pim Ligtvoet, 17 mei 2005 |
Marokkaanse soldaten in Zeeland (Louis Marzouqui) In de begindagen van de Duitse aanval op Nederland, België en Frankrijk, midden mei 1940, streed de Eerste Marokkaanse divisie (17.000 soldaten) tussen Leuven en Namen in de Dijle-stelling. 20% - 50% van de regimenten Marokkaanse Tirailleurs (RTM) verloor hier op 14 en 15 mei het leven. In diezelfde periode (14-15 mei) hield in de Franse Ardennen bij La Horgne de overwegend Noord-Afrikaanse cavalerie van de 'Spahis', een dag lang de Duitse tanks tegen; 50 Spahis sneuvelden. Nederland? Opgenomen in een Frans infanteriecorps streed op 16 mei mogelijk een Marokkaanse eenheid op Nederlandse bodem, in Kapelle, ter verdediging van Zuid-Beveland en Walcheren (Zeeland was van de Nederlandse capitulatie op 14 mei 1940 uitgesloten). Oud-sergeant Ben Daoud sprak in 2003 over deze Marokkaanse inzet met Mohamed Achahboun (Vredeseducatie). Bij de strijd rond Kapelle werden volgens hem acht Noord-Afrikanen krijgsgevangen gemaakt. Het is mogelijk dat zij tijdelijk in Zeeland zijn gebleven. Ben Daoud vertelt dat hij zelf met dertien anderen ontsnapte, zonder uniform. Ze kregen onderweg drie dagen onderdak bij een Nederlander. Gewonden Na het falen van de Franse defensie in België ontsnapten ongeveer vierduizend Marokkaanse militairen via Lille naar Duinkerken, vanwaar zij naar Engeland werden geëvacueerd of in zee raakten (operatie Dynamo). Anderen lagen als gewonden in Nederlandse ziekenhuizen; drie van hen stierven in Maastricht, een in Zeeuws-Vlaanderen, Schoondijke. Krijgsgevangenen De meeste niet-gevallen Marokkaanse militairen werden echter krijgsgevangen gemaakt. Bij hen kwamen ook de troepen die begin juni 1940 uit Engeland terugkeerden en op 18 juni in de handen van de Duitsers vielen. Van deze Marokkaanse krijgsgevangenen zijn er in 1943-1944 een aantal in Nederland ingezet om aan de kustverdediging te werken. In Zeeland waren zij onder andere ondergebracht in Borssele (zie Hans Warren, geheim Dagboek, deel 1), in fort Ellewoutsdijk en in Koudekerke. Louis Marzouqui (1944). Bron: Tv-programma Bureau Marokko, www.npo.nl/bureau-marokko/23-10-2014/VARA_101369910 Onder hen was Louis Marzouqui uit Rabat. Hij was met zijn broer gelegerd in een barak in Koudekerke en werkte aan de Atlantik wall in Vlissingen. Op hun dagelijkse tocht naar en van het werk stopten de dwangarbeiders vaak ter hoogte van het huis waar de 9-jarige Marga van Dijk woonde. Sommige Marokkaanse gevangenen maakt contact met de familie van Dijk en schreven iets in het poëziealbum van de kleine Marga. Marga's oudere broer Ad maakte er tekeningen bij. Naast Bellaïd Ben Ahmed, die onenigheid had met de leiding van het kamp en weg moest, was dat Marzouqui. Hij liet een foto achter in het album en schreef haar opnieuw na de oorlog. Vanuit Koudekerke was zijn groep naar een kamp in Kassel getransporteerd, waar ze door de Amerikanen waren bevrijd. Extra bronnen: - http://fr.wikipedia.org/wiki/Bataille_de_La_Horgne - Jan Dirk Tuinier en Mohamed Achahboun, Graven in de klei (zie literatuur onder), p. 34-41 en 49-51 - http://www.verzetsmuseum.org/museum/nl/tweede-wereldoorlog/themas/marokko/marokko-krijgsgevangen |
De rol van Marokkanen in de bevrijding van Europa Dinsdag 25 mei 2004 Thema-avond 'Bevrijding voor iedereen', Haarlem Spreker: Chaib Lajlufi |
Laat ik beginnen met te vertellen dat ik geen historicus ben. Ik ben van huis uit pedagoog. In mijn studie en ook mijn werk heb ik geleerd hoe belangrijk cultuur is in de vorming van generaties. Cultuur is iets dat we hebben geërfd van onze voorouders. Het verleden maakt de toekomst. Wij kunnen niet zonder ons verleden. Gebeurtenissen uit het verleden kunnen ons een gevoel van trots geven, of juist een gevoel van schaamte of van schuld. Wij moeten ons verleden niet vergeten; doen we dat wel, dan verloochenen wij iets van ons zelf. Vanavond gaat het over de bevrijding aan het eind van de Tweede Wereldoorlog, 1945. Waar ik het specifiek over wil hebben is de rol van de Marokkanen in die bevrijding. En wat die bevrijding voor de Marokkaanse Nederlanders van nu betekent. Ik spreek hier niet namens de Marokkanen van Haarlem of Nederland, ik spreek hier namens mijzelf en vanuit mijn eigen perspectief. Bij de voorbereiding op deze inleiding heb ik wat literatuur gelezen van mensen die zich bezighielden met dit onderwerp. Met name Achahboun, Obdeijn en Klinkert hebben zich verdiept in dit vergeten stuk van de geschiedenis. Waar het om gaat dames en heren, is dat in de Tweede Wereldoorlog Marokkanen hebben meegevochten om Europa te bevrijden. Volgens Opbdeijn, de schrijver van het boek 'Geschiedenis van Marokko', hebben in de eerste fase van de oorlog 30.000 Marokkanen meegevochten. Volgens Klinkert hebben ruim 77.000 Marokkanen aan de tweede fase (periode 1942-1945) meegevochten. Gedurende de tweede fase zijn er tussen 1944-1945 ruim 8.000 Marokkanen gesneuveld in de gevechten in Europa. Ik stond er zelf van te kijken. Ik wist niet dat het om zoveel mensen ging. Deze Marokkanen hebben bijgedragen aan de vrijheid van Europa en dus ook aan de vrijheid van Nederland. Kaart: www.unica.org Marokko toen Tijdens de Tweede Wereldoorlog was Marokko bezet door Frankrijk en Spanje. Marokko viel destijds onder het zogenaamde protectoraat van Frankrijk maar dat regime heeft zich heel snel tot een koloniaal regime ontwikkeld. Frankrijk was bezig op een gewelddadige manier de opstand in Marokko de kop in te drukken. Ik citeer uit het boek van Ad van den Oord 'Allochtonen van nu & de oorlog van toen'(1): Geen andere keuze dan soldaat worden. Said Ou Hamou was een 'Goumier' die deelnam aan de belangrijkste geallieerde bevrijdingscampagnes in Europa tijdens de Tweede Wereldoorlog. Hij vertelde aan de onderzoeker Driss Maghraoui over zijn beweegreden om in het koloniale leger te gaan dienen. Als kind maakte hij mee hoe zijn dorp door de Fransen 'gepacificeerd' werd. "De mobiele infanterie kwam van alle kanten. Ze bombardeerden van alle kanten, ze bombardeerden Ait Serghouchen, zij hadden vliegtuigen. Er vielen doden. Ze namen al ons vee mee en verdwenen. Waarom meldde ik me aan voor de Goums? Simpelweg omdat mijn vader gedood was door de Fransen en we met vijf wezen achterbleven. De meerderheid van de volwassen mannen van Ait Serghouchen was gedood door de Fransen. Er bleven dus een hoop wezen achter die geen andere keus hadden dan Goumier te worden en te gaan werken voor de Fransen." Frankrijk had al Marokkanen in het leger. Toen Frankrijk in 1939 Duitsland de oorlog verklaarde, nadat Duitsland Polen was binnengevallen, heeft de Marokkaanse sultan Mohammed V meteen de kant van de Fransen gekozen. Hij aarzelde niet om de oorlog tegen het koloniaal regime ondergeschikt te maken aan het gevaar van het nazisme. Mohammed V heeft zich aan de kant van de geallieerden geschaard. De sultan heeft alle Marokkanen via de moskeeën opgeroepen elk mogelijk offer voor Frankrijk te brengen. Er kwam een enorme golf van aanmeldingen bij het Franse leger. Portret van twee Noord-Afrikaanse militairen in het Franse leger, door Lambertus Jansen. Parijs 1931 (Collectie Larense Kunsthandel) Het schijnt dat de Marokkaanse soldaten in mei en juni 1940 een belangrijke rol hebben gespeeld in de verdediging van Zuid-Holland, België en Frankrijk. Volgens Herman Obdeijn, hebben zich tijdens de eerste fase van de Tweede Wereldoorlog meer dan 30.000 Marokkaanse soldaten ingezet in de frontlinies in Noord-Frankrijk en België. Tijdens deze fase is ook een kleine eenheid Marokkaanse en Noord-Afrikaanse soldaten als onderdeel van de Franse infanterie Nederland te hulp gekomen in Kapelle, Zeeland, bij de verdediging van de toegang tot de haven van Antwerpen (35 soldaten). Zij hadden geen kans, de Duitse troepen stonden toen al op Frans grondgebied. Een aantal van hen is gesneuveld en een aantal anderen werd krijgsgevangen gemaakt. Hun graven zijn niet bekend. Op het Franse oorlogskerkhof van Kapelle (Zeeland) - waar onze huidige premier vandaan komt - liggen 22 andere gesneuvelde Noord-Afrikaanse soldaten begraven. Zeven van hen zijn geïdentificeerd als Marokkaan. De meesten van hen zijn in mei 1940 tijdens de evacuatie van Franse troepen naar Engeland vanwege Duitse aanvallen verdronken en later op de Nederlandse stranden gevonden. Enkele anderen stierven als gewonde krijgsgevangenen in Nederland en twee Noord-Afrikanen kwamen om tijdens speciale acties in ons land; een van hen was Algerijn. Zij liggen daar zij aan zij met christelijke en joodse gesneuvelden. Eén Noord-Afrikaans graf bevindt zich in Schiermonnikoog. Een ander graf, in Castricum, is verdwenen. In juni 1940 capituleerde Frankrijk en kwam het regime (Philippe Pétain) van Vichy, die samenwerkte met de Duitsers. Deze collaboratie was ook zichtbaar in Marokko omdat het regime Vichy het grootste deel van het koloniale rijk beheerde. Maar sultan Mohammed V weigerde zijn joodse onderdanen uit te leveren aan de Duitsers. Hij heeft zijn veto uitgesproken dat de Marokkaanse joden uitgesloten werden van openbare functies. Conferentie Casablanca 1943. Op de bank: sultan Mohammed V, president Roosevelt en Winston Churchill. Achter de sultan: zoon moulay Hassan (foto: arabworld.nitle.org) In de zomer van 1942 landden de Amerikanen in Marokko en vandaar werd de strijd tegen de Duitsers gevoerd aan het zuidelijk front. In deze tweede fase van de oorlog, van 1942 tot 1945, hebben de Marokkaanse soldaten dapper gestreden tegen de Duitsers. In Italië vormden zij 30% van het totaal aan geallieerden naast de Amerikanen, Britten, Polen en Fransen. Zij wisten door de linies heen te glippen op hun muilezels. De Marokkanen hebben in Italië, Frankrijk en Duitsland hard gevochten. -- De volgende cursieve alinea is niet door Chaib Lajlufi geschreven, maar door de redactie ingevoegd. -- Mamma Ciociara (foto: www.valleluce.com) Wrang is dat soldaten van de Goum-eenheden en de twee Marokkaanse divisies zich na het doorbreken van de Gustav-linie in de Italiaanse dorpen te buiten gingen aan verkrachtingen, plunderingen en moorden. Hun commandant, de Franse generaal Juin, zou daarvoor toestemming hebben gegeven. Dat lijkt vreemd, want hij voerde vervolgens snelrecht in en veroordeelde 69 Marokkaanse soldaten, waarvan 15 tot de dood. Niet alleen Marokkaanse soldaten bleken zich overigens schuldig te hebben gemaakt. De verkrachtingen zouden later ook in andere delen van Italië en in de Duitse steden Freudenstadt en Stuttgart hebben plaatsgevonden. Het Italiaans kent voor massaverkrachting sindsdien het woord 'Marocchinate' - letterlijk: 'gemarokkaniseerde vrouwen'. In Castro dei Volsci staat het monument Mamma Ciociara om de verkrachte en soms vermoorde vrouwen te herdenken. La Ciociara is de titel van Alberto Moravia's roman over deze geschiedenis (1957), en van een De Sica-film met Sophia Loren uit 1960 ('Two women'). Bronnen: Ad van den Oordt en http://en.wikipedia.org/wiki/Marocchinate. -- Eind van de ingevoegde alinea. -- Na de oorlog hebben de Marokkaanse soldaten meegedaan aan een groot defilé in Parijs als overwinnaars van de oorlog. De sultan van Marokko Mohammed V is door generaal De Gaulle geëerd met de onderscheiding 'Compagnon de la Libération'. De enige keer dat deze onderscheiding werd toegekend aan een niet-Fransman, aldus Obdeijn. Deze Marokkanen hebben voor de vrijheid van Europa gevochten. Zij hebben, met grote offers in België en Noord-Frankrijk, het zuiden van Nederland verdedigd. In mei 1940 bij de strijd in Kapelle, Zeeland, zijn Marokkaanse doden gevallen, zoals ook later in de oorlog. Zij hebben bijgedragen aan de vrijheid in Europa, aan onze vrijheid, en dat mogen wij niet vergeten. Generaal Clark, Sultan Mohammed V en zoon moulay Hassan (foto: Amerikaanse ambassade Marokko) Nederland nu Wij zijn in Nederland op zoek naar cement dat ons met elkaar kan binden. Hierin kan de bevrijding wel degelijk een rol spelen, simpelweg omdat beide volken onder de gevolgen van de bezetting hebben geleden. En omdat beide volken meegedaan hebben om ons te bevrijden van die bezetting. Tot nu toen worden de herdenkingen van 4 mei en de feestvieringen van 5 mei gedomineerd door Amerikanen, Canadezen, Britten en de herdenking van de joodse Holocaust. De Marokkanen worden hier niet genoemd. Het is wel merkwaardig dat de Marokkaanse gemeenschap in Nederland, noch deelneemt aan de herdenking, noch deelneemt aan de viering van de bevrijding. Mijns inziens is dit om tweeërlei reden te verklaren. Ten eerste voelt de Marokkaanse gemeenschap in Nederland zich vervreemd in alle ceremonies van zowel de herdenking als de viering. Zij voelen zich niet uitgenodigd en niet erkend om deel te nemen aan deze nationale gebeurtenissen. Zij worden er niet bij betrokken. Ten tweede is het voor de meeste Marokkanen in Nederland onbegrijpelijk dat juist de joodse gemeenschap die zwaar heeft geleden onder de bezetting, nu heden ten dage de Palestijnen de vrijheid ontneemt. Joden in Israël deporteren Palestijnen naar andere landen. Hun land en huizen worden onteigend en dagelijks worden huizen van Palestijnen gesloopt en hun bewoners zonder vorm van proces geliquideerd. Alles onder het motto van veiligheid. Blijkbaar staat de veiligheid van de een boven die van de ander. Dit alles is moeilijk te verteren voor heel veel Marokkanen in Nederland. Natuurlijk zijn niet alle joden schuldig aan de politiek in Israël, maar bij dergelijke gebeurtenissen worden mensen helaas allemaal over een kam geschoren. Zoals ik eerder heb gezegd, hebben de Marokkanen in de Tweede Wereldoorlog voor de vrijheid zij aan zij gevochten met christenen, joden en niet-gelovigen. De Marokkanen hebben meteen daarna, in de jaren '60 meegewerkt aan de wederopbouw van Nederland. De Marokkanen werken nog steeds aan de welvaart van dit land. Dat er problemen zijn met de integratie en de participatie van de Marokkanen in Nederland valt niet te ontkennen. Redenen daarvoor zijn legio. Maar dat er de laatste jaren is gewerkt om de Marokkanen uit te sluiten is eveneens een feit. Politici verachterlijken de cultuur van de Marokkanen. Ze eisen van hen dat zij hun waarden en normen verruilen voor Nederlandse waarden en normen. Dit gaat mij een beetje te ver. Wanneer we willen dat iedereen volwaardig participeert in deze samenleving, dan is het noodzakelijk iedereen in zijn waarde te laten, iedereen op een positieve manier bij deze samenleving te betrekken en zeker geen mensen uit deze samenleving op de een of andere manier uit te sluiten. De Marokkaanse gemeenschap betrekken bij de gebeurtenissen van 4 en 5 mei zou een stap in de goede richting zijn. Dank u. Chaib Lajlufi |
Marokkaanse joden in Westerbork? Zoals elders beschreven, weigerde sultan Mohamed V zijn joodse onderdanen uit te leveren aan de Duitsers. Hij heeft zijn veto erover uitgesproken dat de Marokkaanse joden uitgesloten werden van openbare functies. Mohamed Achahboun vertelt dat Marokkaanse joden te Hebron in Israël een bos hebben geplant dat naar sultan Mohamed V werd genoemd. Tijdens de oorlog was minimaal één Marokkaans-joods persoon in Nederland - zie hieronder. Overigens vluchtte een familie met Turks-(Osmaans)-joodse wortels begin mei 1940 uit Nederland naar Frankrijk en vandaar naar Casablanca. De dochter des huizes, Simone Valensi, werkte er bij de Nederlandse vertegenwoordiging (zie Turkije, Turkse joden, namenlijst II, nr. 20). Casablanca (rond 1900) De joods-Marokkaanse vrouw Luna da Silva Solis-Benchimol, geboren in Casablanca op 10 december 1910, wordt als 'vermist' genoemd op de sites van Dutchjewry, het Joods Monument en de Oorlogsgravenstichting (tot voor kort als Benkimol). Zij is de enige drager van de naam Benchimol. Op de gedenkwand van de Hollandsche Schouwburg staat ook de familienaam Benchimol geschreven. De heer C. Dahan van de Portugees-Israëlitische Gemeente kon echter verzekeren dat het gezin overleefde (november 2005). Gedenkmuur Hollandsche Schouwburg Luna Benchimol was, getuige het gemeentearchief, in januari 1936 te Amsterdam getrouwd met Désiré Daniel da Silva Solis (Parijs, 15 juli 1901). Op 29 december van dat jaar werd Maurice geboren. Het gezin was op 16 mei 1941 verdwenen naar 'Centraal Bevolkingsregister'. Meestal betekende dat 'vertrokken met onbekende bestemming'. De heer C. Dahan weet dat het gezin naar de Verenigde Staten is gevlucht, New York. Daar werkte Désiré Daniel bij een Amerikaanse bank. Hier werd een dochter geboren, Tilly. Na de oorlog werd hij directeur van deze bank in Tanger, Marokko. Désiré Daniel da Silva Solis stuurde pakketten naar Westerbork en Theresienstadt en in en na de oorlog hulp naar de mensen in Amsterdam. Rond 1960 kwam het gezin terug naar Amsterdam. Men woonde op de Henr. Bosmanstraat. Meneer Da Silva Solis zat in de raad van bestuur van de Portugees-Israëlitische Gemeente te Amsterdam en was na de oorlog de meest actieve regent van het Portugees-Israelitisch Seminiarium Ets Haim. Hij overleed rond 1995. Mevrouw Luna da Silva Solis-Benchimol woont met haar dochter in New York. De zoon is architect in Nederland (mededelingen C. Dahan, Amsterdam, november 2005 en Salomon L. Vaz Dias, New York, januari 2007). Van enkele familieleden zijn wel de sterfdata bekend. Marguerite Vieijra-da Silva Solis (38) werd op 20 maart 1943 met haar echtgenoot, de drogist David Vieijra (Amsterdam 10 april 1900) in Sobibor vermoord (42). Hun 5-jarige dochter Mathilde Judith werd eerder, op 25 januari 1943 in Auschwitz vergast. Het gezin woonde op de Van Woustraat 194 in Amsterdam. In dezelfde straat, in het buurhuis op 196-I woonde Marguerite's en Luna's tante Mirjam Monnikendam-da Silva Solis (Amsterdam, 13 juni 1874); evenals haar broer Mozes en haar man Samson Monnikendam kwam zij uit het diamantvak. Mathilde da Silva Solis-Mannheimer woonde met haar kinderen een tijd in bij Mirjam, die in 1931 weduwe werd. Mirjam Monnikendam-da Silva Solis werd op 5 februari 1943 in Auschwitz vermoord, 68 jaar oud. Jacques Joseph da Silva Solis, kantoorbediende, trouwde met de niet-joodse Katherine Ort uit Beieren (1904). Het echtpaar kreeg twee kinderen, Emil (1933) en Martha Evelyn (1936). Geen van hun namen komt op de slachtofferlijsten voor. |
Film Indigènes Foto: www.indigenes-lefilm.com Pensioen voor Noord-Afrikaanse veteranen dankzij Indigènes? Vanaf midden januari 2007 draaide in veel bioscopen de film Indigènes van de Frans-Algerijnse regisseur Rachid Bouchareb (Cannes 2006). De film laat de lotgevallen van vier Noord-Afrikaanse militairen in de Tweede Wereldoorlog zien. Een van hen (Said) is de populaire Frans-Marokkaanse acteur Jamel Debbouze. Zijn grootvader was een van de veteranen. Hier speelt hij het hulpje van een Franse sergeant. Debbouze is ook co-producent. Door zijn contacten lukte het om figuranten uit het Marokkaanse leger mee te laten spelen in de vechtscènes, die bij de zuid-Marokkaanse stad Ouarzazate zijn opgenomen. Ook in Frankrijk is nauwelijks bekend dat van de 550.000 Franse manschappen meer dan de helft uit de toenmalige Franse koloniën afkomstig waren: 134.000 Algerijnen, 73.000 Marokkanen, 26.000 Tunesiërs, en 92.000 inwoners van Frans Equatoriaal Guinea (de laatsten vochten, voorzover bekend, niet in Nederland; de cijfers voor de Marokkaanse militairen worden op deze site op 77.000 geschat). De koloniale troepen werden voornamelijk als 'kanonnenvoer' ingezet. Het eind van de film speelt in de moderne tijd, op een oorlogskerkhof in de Vogezen. Een van de Maghreb-veteranen bezoekt zijn gevallen kameraden. Uit de begeleidende tekst blijkt dat de pensioenen van deze veteranen in 1952, bij het uiteenvallen van het Franse koloniale rijk, zijn stopgezet. Het Europese Hof oordeelde in 2002 dat dit onrechtmatig was, maar de Franse regering weigerde de overlevende militairen te betalen. Nadat president Chirac de film met zijn vrouw op het festival van Cannes had gezien, beloofde hij de pensioenbetaling te hervatten. Voor de meesten te laat, maar als het gebeurt is het een daad van gerechtigheid. Bronnen: Alan Riding, French war movie hits a note of reconciliation (Int. Herald Trib. 27-9-06) Gerhard Busch, Frankrijks Ereschuld (VPRO-gids 2, 2007) http://www.volkskrantblog.nl/bericht/77115 |
Bronnen / Verder lezen Zie ook Verhalen: Verhaal van sergeant Ben Daoud over Kapelle Documentatie J.A. Hey betreffende de Franse militaire begraafplaats in Kapelle, Zuid-Beveland Archief Gemeente Kapelle (met dank aan archivaris F. de Klerk) Archief Gemeente Schiermonnikoog (met dank aan mw. Cortie en dhr. Jongsma) Documentatie Haddadi Hamou: Cees Biezeveld, directeur a.i. St. Nationaal Monument Kamp Amersfoort Jan Durk Tuinier en Mohamed Achahboun, Graven in de klei. Marokkaanse bevrijders van toen en de vrijheid van nu. Stichting Vredeseducatie Utrecht, in samenwerking met Stichting El Amal, Forum en het Verzetsmuseum Amsterdam. Utrecht 2005 (72 p.). ISBN 90-75104-14-6. Ad van den Oord, Allochtonen van nu & de oorlog van toen. Marokko, de Nederlandse Antillen, Suriname en Turkije in de Tweede Wereldoorlog. Forum, NIOD, SDU 2004. ISBN 90-5409-4206. pag. 7 Anne Frank Stichting Arabworld.nitle.org (link werkt niet meer) Encyclopedia.com DutchJewry Joods Monument Lo Tisjkach Oorlogsgravenstichting |