Josephus Carel Franciscus Last


Schildering van J. Last door P.A. Begeer (Bron: www.antenna.nl)

Jef Last, Nederlands dichter en prozaschrijver ('s-Gravenhage 2 mei 1898 - Laren 15 februari 1972). Hij studeerde Chinese letteren te Leiden maar onderbrak deze studie om het maatschappelijk leven te leren kennen in een afwisselend, vaak avontuurlijk bestaan. Zijn sociaal medeleven bracht hem tot het socialisme, later tot het communisme, dat zijn aantrekkelijkheid verloor toen hij in 1936 met Gide de Sovjetunie bezocht. Na 1938 was hij partijloos socialist. In de Spaanse burgeroorlog streed hij als kapitein aan de zijde der wettige regering (vgl. o.a. 'Brieven uit Spanje', 1936; 'In de loopgraven voor Madrid' 1937). Hij nam actief deel aan het verzet (1940-1945). Na de Tweede Wereldoorlog volgden o.a. reizen naar Oost-Azië en was hij enige tijd adviseur voor de kunst van president Soekarno. Deze periode inspireerde hem tot o.m. 'Zo zag ik Indonesië' (1956). In 1957 promoveerde hij in Hamburg in de Chinese letteren. In zijn latere jaren werd hij minder radicaal.
In 2001 werd in Rotterdam-Nesselande een straat naar Jef Last genoemd.
www.dbnl.org/auteurs
www.gemeentearchief.rotterdam.nl

Last en de homoseksualiteit


Jef Last (Bron: www.vpro.nl)

“Last spreekt in het boek 'Mijn vriend André Gide' (1966) van 'tien jaar' waarin hij zijn homoseksuele aard had onderdrukt en gesublimeerd in het hartstochtelijk uitdragen van zijn politieke boodschap:
‘Het middel daartoe (tot de sublimatie van zijn 'homoseksuele component'- R.G.) was vooral de communie geweest van mijn spreekbeurten. Ik koos in iedere zaal een paar jongemannen uit wier gezichten mij aantrokken en tot wie ik meer in het bijzonder mijn boodschap richtte. Mijn hoogste geluksgevoel had ik dan vaak wanneer tussen de lippen van zo'n schijnbaar lompe knul uit Musselkanaal of Gasselternijveenschemond het sigaretje vanzelf uitging, zijn gelaat begon te gloeien en ik in zijn ogen iets zag opleven van het enthousiasme dat mijzelf bezielde. Dat kon echter alleen zolang ik vast geloofde in mijn boodschap.’
Toen echter na de machtsovername van Hitler er bij Last een zekere ‘geloofstwijfel’ optrad, kwamen deze homoseksuele gevoelens juist extra hevig naar boven. Het was dus een politieke teleurstelling, die de langdurige onderdrukking van de homoseksuele aard van Last doorbrak. Dit voltrok zich tijdens zijn verblijf in Urk, waar Last verliefd was geworden op een plaatselijke visser:
'Een verliefdheid op het eerste gezicht op een Urker visser trof me met de kracht van de bliksem. In geen twintig jaar had ik zulk een felle, onweerstaanbare hartstocht gekend. Het resultaat was mijn roman 'Zuiderzee', die in werkelijkheid veel meer door mijn jonge vissersvriend dan door de problemen der droogmaking geïnspireerd werd.'

Zuiderzee
In deze roman beschreef Last inderdaad de homoseksuele verhouding tussen de Urker vissers Theun en Auke. Last moet in 'Zuiderzee' (1934) één van de eersten in de Nederlandse literatuur zijn geweest die de homoseksuele liefde zo openlijk en vanzelfsprekend beschreef.” Ook Willem Arondéus en Wolfgang Cordan zouden, later, over hun gevoelens voor jongens op Urk publiceren. “Hij zette dit voort in de volgende roman 'Een huis zonder vensters' (1935) en vooral in de dichtbundel 'De bevrijde Eros' (1936).”

Vroege homo-beweging

Na deze 'coming out' als homoseksueel zou Last zich openlijk blijven uiten over zijn seksuele voorkeuren. Eind dertiger jaren leerde Niek Engelschman zijn eigen homoseksualiteit kennen, mede dankzij het optreden van Jef Last voor de jongeren van de Revolutionair Socialistische Partij (RSP). Het door Engelschman en twee vrienden opgerichte maandblad 'Levensrecht' publiceerde in zijn derde nummer (april 1940) een fragment uit ‘De Bevrijde Eros’, over de Marokkaanse herdersjongen Ammèl Faratèt.

Door de spleet van de tent drong hondengeblaf en het eerste
rose schemeren van den ochtend
hij maakte zich los uit mijn armen, maar keerde zich nog een
keer om op zijn weg naar den uitgang
ik zag op zijn donkere gezicht een verdrietige glimlach:
"waarom Si Yoessef, heb je mij niet gekust?"

Last adviseerde de redactie het nummer van mei 1940 en het ledenbestand, vanwege de Duitse inval, te vernietigen.

Commentaar

“Over de reactie van de buitenwereld op de homoseksualiteit van Last is bijzonder weinig bekend. De verhouding tot zijn vrouw Ida ter Haar lijkt zakelijk. Zij leek zijn seksuele aard (met de nodige reserve) te accepteren. Last noemde zichzelf overigens biseksueel. In de literaire kritiek van de jaren dertig lijken de homoseksuele passages in de boeken van Last veelal te zijn genegeerd.”

Jef Last en de Tweede Wereldoorlog



André Gide en Jef Last (Bron: www.idfa.nl)

“De oorlogsjaren van Last zijn tamelijk schimmig. Een van de merkwaardigste feiten blijft dat Last die voor de oorlog zo overduidelijk stelling had genomen tegen het fascisme, gevochten had in Spanje en Duitse zeelieden had lastiggevallen met linkse praatjes, kon rondlopen als een vrij man en zelfs tot 1942 aan toe ongestoord kon publiceren. Het in eerste instantie milde bezettingsregime en het feit dat Last zo overduidelijk met de CPN had gebroken zijn wellicht redenen waarom Last met rust werd gelaten."

De Vonk

“Na in mei 1940 te zijn gemobiliseerd nam Last al snel actief deel aan het verzet. Begin 1941 werd Last redactielid van het illegale blad 'De Vonk'. Dit blad en de daar aan verbonden groepen (De Vonk was over heel het land verspreid) was humanistisch socialistisch geïnspireerd. Het blad en de beweging werd opgezet door Tom Rot, Dirk Schilp en Eddy Wijnkoop. In eerste instantie was er veel verwantschap met de RSAP. Later ging men meer een eigen koers varen en zocht men aansluiting bij andere verzetsgroepen. Opvallend was het ‘positief’ beleden socialisme: voor moffenhaat was daarin geen plaats.” Ook Niek Engelschman was in die tijd lid van de RSAP.
“Last was een zeer actief redactielid en schreef vele bijdragen voor De Vonk. Last was volgens Berendsen en Weeda in hun studie over De Vonk echter ‘geen organisator, waarvoor hij te onvoorzichtig en wispelturig wordt genoemd’. De invloed van Last op de ideologische en theoretische inhoud van het blad was echter zeer groot. Last gaf lezingen door heel het land en legde zo contacten voor de Vonk. Er ontstonden vele lokale Vonk afdelingen die soms ook aparte Vonk publicaties deden verschijnen.” Ook Anton de Kom (zie Suriname) was actief voor De Vonk.

Onderduik

“In maart 1942 ontkwam Last aan de arrestatiegolf die de Amsterdamse Vonkgroep trof omdat hij zich op dat moment in Katwijk bevond. Vanaf dat moment dook Last onder. In het ontroerende boekje 'Gedachten onder water' (dat hij nog tijdens de oorlog schreef en in juli 1945 verscheen) beschreef Last op pregnante wijze de moeilijke positie van de onderduiker:


Omslag van het boekje 'Gedachten onder water' (Bron: cgi.ebay.nl)

'..hoe moeilijk was het telkens weer een gevestigd, eigen levensrythme naar telkens andere huisgewoonten te plooien. Wat kun je naar een avond boterham verlangen, als je daar juist in een ander gezin gewend bent, of naar een cigaret, die je niet in de eetkamer mag roken, of naar mensen die hun mond houden als je zit te lezen – wat kun je je aan een accent, een bepaalde gewoonte van sommige huisgenoten stoten, het krassen met de nagel over het tafellaken zonder dat zij er erg in hebben – wat kun je schrikken als je toch weer ’s nachts de [wc] trekker overgehaald hebt, de achtergrendel niet gesloten, of dat je ziet dat je te veel aardappelen genomen hebt, omdat je hoofd vol was met allerlei dingen waarvan je gastheer niets mag weten. Hoe drukt de voortdurende verplichting tot dankbaarheid, de onmogelijkheid iets terug te doen, het onbegrip voor de betekenis van je eigen werk, voor de werkvlagen en daarmee afwisselende inzinkingen van de kunstenaar waarmee men in een goed geordend burgerhuishouden geen rekening kan houden. Hoe gaarne zou men alléén op willen blijven zitten, om te werken in die heerlijke stilte, als alle anderen naar bed zijn... maar het licht en de kachel moeten uit – hoe half gek maakt je de jazzmuziek die de jongste zoon tijdens zijn werk pleegt aan te zetten, hoe moet je een juist begonnen artikel onderbreken om eventjes hout te helpen hakken en hoe ben je gedwongen een opgewekt, vriendelijk gezicht te tonen, ook als een wereld om je instort. Je bent er toch niet in huis om de stemming van de anderen nog somberder te maken?'

Dochters

“Hij bleef echter actief lid van de redactie van de Vonk en regelde onder andere geld voor het blad via zijn literaire connecties. Een grote schok was het wegvoeren van zijn dochter Femke naar Duitsland, later bleek naar het concentratiekamp Ravensbrück. Ook zijn dochter Mieke was actief in het verzet. Zij deed onder andere koerierswerk voor de Vonk. Beiden overleefden.
“Aan het eind van de oorlog was Last actief als officier bij de Binnenlandse Strijdkrachten in de omgeving van Ommen, waarbij zijn Spanje ervaringen hem goede diensten zouden hebben bewezen.” Hij leefde met Ida en Mieke in Kasteel Eerde, Ommen, eigendom van de Van Pallandt-familie.

Na 1945

Na de oorlog maakten Ida en Mieke ruimte in het kasteel, vroeger een Quakerschool, voor displaced persons. Zij vingen joodse en andere overlevenden op, zoals dochter Femke (www.joodsmonumentzaanstreek.nl - van Praag-Stuiver). Jef zette zich in voor het COC en de emancipatie van homoseksuelen.

In 1961 opperde Jef Last, die onder het pseudoniem Ohira schreef voor het COC-blad 'Vriendschap', voor het eerst om een monument voor onbekende homo’s op te richten. “Voor hen die doorgeranseld of uitgehongerd zijn of op andere wijze bezweken. Voor de onbekende homofiel brandt geen vlam”.

Bronnen:
www.jeflast.nl (Robèrt Gillesse 2005; van hem is de tekst tussen aanhalingstekens)
www.ihlia.nl/documents/pdflib/Levensrecht/1940/Levensrecht-01.pdf (gedicht)
sites.nps.nl/jerome/templates/hetrozerijk (homomonument)

Biografische gegevens Jef Last (pdf)

© 2023 Bevrijding Intercultureel