Jacob Hiegentlich

(1907-1940). Het Joods Monument schrijft over hem: ‘Jacob Hiegentlich werd op 30 april 1907 in Roermond geboren. Zijn ouders - de grossier in confectiegoederen Sallie Hiegentlich en zijn in 1927 overleden moeder Rosalie Egger - hadden vijf kinderen. Vier van hen zouden, evenals de vader, de oorlog niet overleven.’
’Jacob Hiegentlich groeide op in het katholieke Roermond, in, zoals hij dat zelf heeft omschreven, "een verwarrend mêlé van Rooms en Joods gebeuren". Hij bezocht het Bisschoppelijk College van Roermond, maar hij heeft, vanwege problemen met het vak wiskunde, de opleiding aan dit gymnasium niet voltooid.’ In 1923 verscheen zijn debuut met de bundel Duitstalige gedichten Die rote Nacht. ‘Op 17-jarige leeftijd schreef hij onder het pseudoniem David Jozua de Castro Het zotte vleesch. Roman van ’t Limburgse volk. Hierin werd de huisarts Laurent Stijn, vriend van de vader van Jacob Hiegentlich, niet al te vleiend beschreven. Vader Hiegentlich kocht toen de gehele oplage op.’


Jacob Hiegentlich, olieverfschilderij van Jules Rummens, ca. 1925
(44 x 33,5 cm, collectie Ser J.L. Prop, Banholt) (Bron: www.dbnl.org)

‘Op aandringen van zijn vader begon hij in Amsterdam aan de studie voor de akte Middelbaar Nederlands, die hij op 17 november 1930 met succes afrondde. In Amsterdam was hij lid van de Nederlandse Zionistische Studenten-Organisatie (NZSO). Hij leefde in kringen van kunstenaars en bohémiens; hij behoorde tot de ‘Reynderskring’, genoemd naar het bekende café op het Leidseplein.’
’In 1932 werd hij leraar aan het Theosofisch Lyceum ‘Drafna’ in Naarden. Het klassikale onderwijssysteem strookte niet met zijn sterk gevoel van individualisme. Vanaf eind 1935 wijdde hij zich uitsluitend aan zijn letterkundig werk.’ Poëzie publiceerde hij in De Nieuwe Gids. In 1937 verscheen de roman Onbewoonbare wereld en in 1938 Schipbreuk te Luik. De roman Met de stroom mee verscheen postuum in 1946. De verhalen en romans van Hiegentlich laten een Freudiaanse betrokkenheid zien bij onderwerpen als seksualiteit en dood. Jakob was homoseksueel.
‘Jacob Hiegentlich was een vurige aanhanger van het zionisme. Binnen het zionisme koos hij voor de extreme en militante richting van het Revisionisme dat geleid werd door Jabotinsky. Hij schreef tal van artikelen in algemeen joodse en zionistische bladen, zoals Baderech, Hatikwah (het officiële orgaan van de NZSO) en Ha’Ischa. Vooral in de Joodsche Wachter (het officiële orgaan van de Nederlandse Zionisten Bond) schreef hij politieke artikelen tegen het opkomende nationaal-socialisme. Hij hield lezingen over literatuur en jodendom en schreef verschillende boekbesprekingen.’ Hij had – wat niet verbazend is - grote bewondering voor de eveneens homoseksuele en zionistische schrijver Jacob Israël de Haan, zoals ook voor diens zuster Carry van Bruggen.
’Jacob Hiegentlich nam op de avond van de 14de mei 1940 vergif in. Bewusteloos werd hij naar het Wilhelminagasthuis in Amsterdam gebracht, waar hij op zaterdag, 18 mei 1940, 33 jaar oud, stierf. Aan de gevel van het ouderlijk huis aan de Markt 27 te Roermond is een herinneringsplaquette voor Jacob Hiegentlich, ‘Roermonds schrijver’, aangebracht.’
Over Jacob Hiegentlich schreef Siegfried E. van Praag onder meer: ‘Als ik in Amsterdam ben, mis ik hem. Hij is niet meer in Reijnder’s artisten-cafétje van het Leidsche Plein te vinden en niet meer op zijn kamer van een oud grachtenhuis. Hij schenkt niet meer de Bols in het glaasje van zijn toevallige hospita, terwijl hij op zijn gramophoon een typische, weinig bekende plaat laat draaien. En hij rondt de lippen van zijn eeuwig jongensgezicht niet meer om zware sigaren. (…) Ja, Hiegentlich ging niet onopvallend gekleed, want hij had de neiging tot dandyisme, de behoefte aan de chiek van den boulevardier van eens. Ondanks de vrouwelijke inslag van zijn zieleleven en waarschijnlijk ter compensatie hiervan, hield hij van bravour. De zin voor bravour en zijn bewust Zionisme verboden hem iedere camouflage van zijn persoonlijkheid en zijn Jood-zijn.’

Bronnen:
Digitaal Monument Joodse Gemeenschap (www.joodsmonument.nl)
Marina van der Klein, De Homo Commemorans en de bezetting: kanttekeningen bij een dominant discours (www.vertrouwen.nu/reactie_MarianvdKl.htm)
G.J. van Bork, Jacob Hiegentlich (www.dbnl.org/auteurs/auteur.php?id=Hieg001)

© 2023 Bevrijding Intercultureel